Schuddebeurzewandelroute
12.5 km
Themawandeling in Middelkerke, van Westende-bad naar het natuurreservaat Ijzermonding, via de jachthaven van Nieuwpoort, het Albertmonument en de windmolens aan de Boterdijk naar het Schuddebeurzereservaat en terug.
Eerst wordt een kaart getoond met de gehele route. Het driehoekje is het startpunt.
Daarna wordt de route in delen besproken en worden er gedetailleerde kaarten getoond.
0 m
1
Beschermde villa's
Dit rijtje villa's is opnieuw een voorbeeld van wederopbouwarchitectuur. Hier was het architect François Roussel die de ontwerpen tekende in de stijl die toen aan de kust zeer populair was, de cottagestijl. Deze stijl was zeer populair bij de kusttoeristen, het had iets exotisch en natuurlijks en gaf hun villa net dat beetje extra, dat het vakantiegevoel compleet moest maken. In de kustgemeente De Haan treft men de hoogste concentratie cottagewoningen aan. Deze villa's zijn een mooi voorbeeld van buitenverblijven in de vroege 20ste eeuw. Veel rijke burgers uit het binnenland hadden hier een eigen villa, waar ze dan in de zomer kwamen verblijven. Kusttoerisme was aanvankelijk vooral een zaak van de elite, die weliswaar hun huispersoneel meenam naar het buitenverblijf, maar dan vooral om 'monsieur' en 'madame' ook aan zee op hun wenken te bedienen. De 'mode' van het zomertoerisme werd in ons land ook door de koninklijke familie gestimuleerd: Leopold I liet een residentie in Oostende optrekken, waarvan vooral zijn zoon, koning Leopold II gretig gebruik zou maken. Deze koning moedigde de burgemeester van Oostende zelfs aan 'Engelse wijken' op te trekken.
Qua indeling vinden we eenzelfde soort architectuur terug als in de steden: beletagevilla's waarbij de vertrekken van het dienstpersoneel voornamelijk halfondergronds terug te vinden zijn. Een cultuur die vandaag verdwenen is, maar waarvan de architectuur bewaard kan blijven dankzij hun status van beschermde monumenten.
Meer informatie
0 m
2
'Villa Sporta'
'Villa Sporta' is een beschermd monument. Langsheen de Portiekenlaan en de Distellaan vinden we verschillende beschermde gebouwen terug, wat er op wijst dat deze straten hun karakter van de vroege 20ste eeuw vrij goed bewaard hebben. Hier kunnen we met andere woorden nog een beetje de sfeer opsnuiven van hoe de stad er voor de vroege kusttoeristen uitzag. Geen hoge appartementsgebouwen, maar kleine, charmant vormgegeven burgerhuizen, winkels en hotels waren toen norm. Dit hoekhuis werd gebouwd in 1924. Verschillende sierelementen verwijzen naar een Anglo-Normandische invloed, ook gekend als cottagestijl. Vooral de bovenste verdieping vertoont hier pseudovakwerk.
Meer informatie
0 m
3
burgerwoning 'Butterfly'
'Butterfly' staat te lezen op de bordestrap van deze burgerwoning. Het is de naam die de eigenaars aan hun buitenverblijf aan zee gaven. Het werd na de Eerste Wereldoorlog gebouwd door een architect die afkomstig was van Westende, François Roussel. Het huis heeft een beletage, het souterrain is in blauwe hardsteen afgewerkt. De rest van de gevel is volledig gecementeerd, er zijn schijnvoegen in de cementlaag aangebracht om stenen te suggereren. De bovenste bouwlaag werd versierd met leien, zo wordt de indruk gewekt dat het huis een mansardedak heeft, de aandachtige kijker merkt echter op dat het huis afgedekt is met een plat dak. Er is ook aandacht besteed aan de afwerking van de muuropeningen en het schrijnwerk, de boogjes hebben misschien wel iets van vlindervleugels, wat de naam van de woning zou kunnen mee verklaren.
Meer informatie
0 m
4
Cottages
In de vroege 20ste eeuw werden veel gebouwen opgetrokken in zogenaamde cottagestijl. Het is een bouwstijl gebaseerd op de plattelandswoningen in Engeland en Normandië, vandaar dat men ook vaak van Anglo-Normandische stijl spreekt. De drie gebouwen hier zijn er een typisch voorbeeld van en zijn dan ook als monument beschermd. Enkele typerende kenmerken zijn de wit geverfde bakstenen gevel, die versierd is met gekleurde onderdelen die houten vakwerk suggereren. Inderdaad, in de cottagestijl heeft het vakwerk geen constructieve functie meer, maar louter een esthetische. Verder werkt men vaak met in- en uitspringende muurpartijen, zoals erkers en balkons. Meestal worden cottages bedekt met een zadeldak met rode pannen. Dergelijke gebouwen werden vooral door rijkere burgers opgetrokken als buitenverblijf aan de kust. De handelszaken op de gelijkvloerse verdieping zijn dan ook meestal latere verbouwingen. De cottagestijl heeft aan de kust haar populariteit onder meer te danken aan het feit dat ze een 'landelijke' uitstraling had. Het kusttoerisme van de late 19de en vroege 20ste eeuw betekende voor de rijkere middenklasse dat ze zich konden terugtrekken in een gezonde en natuurlijke omgeving. Deze twee aspecten waren belangrijke motieven voor een vakantie aan zee, men probeerde dan ook de architectuur op dit ideaal af te stemmen.
Meer informatie
0 m
5
residentie 'Westendia'
Vandaag zijn er in het gebouw verschillende appartementen ondergebracht. Residentie 'Westendia', zoals het nu heet, is sinds 2002 een beschermd monument. Dit hoekpand werd in 1921 heropgebouwd. Het oorspronkelijke gebouw werd namelijk tijdens de Eerste Wereldoorlog vernietigd. Het is architect Roussel die instond voor de heropbouw van dit grootwarenhuis. De architect heeft er hier duidelijk voor gekozen het gebouw te doen opvallen. De gevel is zeer kleurrijk dankzij de afwerking met gele en rode baksteen en groen en zwart geglazuurde tegels. De plint is opgebouwd uit blauwe hardsteen en het dak is een pseudomansardedak, belegd met leien. Als extra versierend element heeft de architect de hoektravee als houten erker uitgewerkt en is de ganse gelijkvloerse verdieping overluifeld. Ook het schrijnwerk van dit pand is elegant uitgewerkt. De architectuur moest hier helpen om kooplustigen de winkel binnen te lokken. Om veel stapelruimte voor de handelswaar te creëren werd het pand volledig onderkelderd en is er ook een entresol boven de gelijkvloerse verdieping gemaakt.
Meer informatie
0 m
6
Distellaan
De Distellaan is de belangrijkste oostwestas van deze badstad. Ze loopt evenwijdig met de zeedijk. Hier zijn dan ook verschillende appartementsgebouwen en villa's terug te vinden die Westende mee vorm gaven tijdens de opkomst van het kusttoerisme. Daarnaast is de Distellaan ook al een eeuw lang de thuis van hotels en allerlei winkeltjes. De straat verbindt als het ware twee tennispleinen met elkaar: dit van de Priorijlaan (oost) en dit van de Franselaan (west). Tennis was, naast golf, een van de belangrijkste tijdverdrijven bij de rijkere toeristen.
Meer informatie
0 m
7
'Villa Alice' = Hotel Classic
Dit burgerhuis is een beschermd monument sinds 2002, het gaat om een cottage die in 1923 werd heropgebouwd naar een ontwerp van architect Oscar Dumon uit 1910. Het heeft een charmante gevel waarvan de plint uit blauwe hardsteen is en het parement uit gele sierstenen met donkere versierende banden. Het pseudovakwerk op de 2de verdieping en aan de puntgevel bestaat uit cementreliëf. Het dak van de erker dient tegelijk als vloer van een balkonnetje, dat op zijn beurt overdekt wordt met een leien luifel. Terwijl het burgerhuis aanvankelijk ontworpen werd als privéwoning, is het vandaag in gebruik als hotel.
Meer informatie
0 m
8
villa 'Shamrock'
'Shamrock' is een burgerhuis uit de vroege 20ste eeuw, het werd kort na de Eerste Wereldoorlog gebouwd. De architect koos hier voor de cottagestijl, we zien dit aan de houten sierelementen op de borstwering van de erker, die over twee verdiepingen doorloopt. Om ook vanop de bovenste verdiepingen een mooi uitzicht te hebben, zijn deze afgewerkt met een balkon en een dakvenster. De blauwe hardsteen waarmee de gelijkvloerse verdieping afgewerkt is, geeft het geheel een luxueuze uitstraling.
Ook dit pareltje is sinds 2001 als monument beschermd.
Meer informatie
0 m
9
Appartementsgebouw
Dit modernistisch getint appartementsgebouw werd in 1936 gebouwd naar een ontwerp van de Westendse architect Roussel. De vormgeving is relatief sober. De plint van het gebouw is in rode baksteen gelaten, terwijl de rest van de gevels afgewerkt is met een witgeschilderde beraping. Boven de toegangsdeur is een bas-reliëf aangebracht dat een boot voorstelt, een directe link met de zee.
Meer informatie
0 m
10
'La Josette'
Deze woning is een zeer sierlijk exemplaar. De architect is een Brusselaar, Symons. Het huis werd in 1921 gebouwd, naar een ouder ontwerp. Hoewel er wel enkele verwijzingen naar de cottagestijl zijn, kunnen we hier onmogelijk van een zuivere cottage spreken. > 'La Josette', zoals de woning heet, heeft meer in haar mars dan dat. Zo verwijzen de omlijstingen van deuren en vensters, de ovale raampjes op de eerste verdieping en de vormgeving van het pseudovakwerk van de erker naar de art nouveau. Sinds 2001 is dit burgerhuis opgenomen op de lijst van beschermde monumenten.
0 m
11
Le Gui
Dit charmant burgerhuis dateert uit de wederopbouwperiode na de Eerste Wereldoorlog. Het werd ontworpen door architect Picquet, wat we ook kunnen aflezen uit de signatuur onderaan de gevel. Vanop het bordes van de beletage kunnen de bewoners de passanten bekijken en rustig keuvelen. Oorspronkelijk was het de bedoeling dat er in de Priorijlaan ook een klooster zou komen, maar daar hebben de wereldoorlogen een stokje voor gestoken. Langs deze laan zijn er verschillende villa's en cottages bewaard, de meeste dateren uit de jaren 20 en zijn heropgebouwd naar vooroorlogse plannen.
0 m
12
villa 'Mirandola'
Villa 'Mirandola' werd in de jaren 1920 gebouwd naar een vooroorlogs ontwerp. De architect was J. Picquet, afkomstig uit Brussel. Opmerkelijk aan dit ontwerp is de uitwerking van de hoektravee. Deze is sterk beglaasd, afgerond en afgedekt met een bolvormige torenhelm. Ook de kamers aan de straatzijde hebben een mooi uitzicht dankzij de boveneen geplaatste loggia's. Hier zit men tegelijk beschut tegen wind en regen. De gevel van dit burgerhuis is afgewerkt met gele siertegels, de daken zijn bedekt met leien, die hiermee mooi contrasteren. Sinds 2001 is dit gebouw beschermd als monument.
Meer informatie
78 m
13
burgerwoningen
Deze drie burgerhuizen (Oorlogsinvalidenlaan 4-6, Portiekenlaan 14) zijn quasi identiek. Ze werden ontworpen in de jaren 1930 door architect Pierre Vandervoort (afkomstig van Westende). De architect koos voor een moderne vormgeving, aanleunend bij de nieuwe zakelijkheid. Kubische volumes die in en uit het gevelvlak springen, geven de gevel een levendige aanblik en creëren voor de bewoners tegelijk meer ruimte. De panden zijn als één geheel ontworpen, dit zien we onder meer aan het feit dat de twee rijhuizen elkaars spiegelbeeld zijn. Oorspronkelijk hadden alle gevels dus ook eenzelfde kleurafwerking. Het hoekhuis heeft de naam 'Rosi', dat lezen we op een plaatje boven de deur. Hier is de architecturale afwerking nog meer uitgesproken dan bij de twee rijhuizen. 'Rosi' heeft een beletage boven een halfondergrondse kelder, waardoor het net iets hoger is dan de andere twee gebouwen. Ook is er om de hoek een sierlijk oculus, een rond raam, aangebracht.
Meer informatie
78 m
14
Sybaris
Villa Sybaris is een gaaf bewaard exemplaar van de cottagestijl uit de jaren 1920. Men heeft hier veel met pseudovakwerk en wisselende daken kunnen spelen omdat het een hoekpand betreft. De onderbouw van de villa is opgetrokken uit blauwe hardsteen, daarboven is de gevel uit baksteen opgebouwd die door beraping een oneffen oppervlak heeft gekregen. Het 'vakwerk' bestaat uit bruin geschilderde banden. Dit is een typisch element van de cottagestijl: waar men in traditionele vakwerkbouw houten stijlen en regels aantreft, is bij de cottagestijl niet zozeer het materiaalgebruik maar wel de suggestie ervan van belang. Het gebouw valt op door het spel met puntgevels, de erkers onder luifels en de grote loggia op de hoek, die de bewoners een groot uitzicht verschaft. Op de halfondergrondse verdieping woonde het dienstpersoneel.
Deze villa is als monument beschermd sinds 2002.
Meer informatie
133 m
15
'Marie Joseph'
Vandaag de dag wordt het als een troef gezien wanneer nieuwbouwprojecten het in zich dragen gebruikt te kunnen worden voor verschillende functies. Dit gebouw hier heeft, ondanks zijn jonge leeftijd, ook al heel wat verschillende functies gehad. 'Marie-Joseph', zoals het gebouw heet, werd aanvankelijk, in 1925, gebouwd als familiepension. Na de Tweede Wereldoorlog werd het in gebruik genomen als kraamkliniek en vanaf de jaren 1950 was er een kinderhome in ondergebracht. Vandaag is het in gebruik als hotel en wie weet wat de toekomst nog allemaal brengt. Het gebouw is namelijk als monument beschermd en is bovendien opgenomen in het dorpsgezicht Westende-Bad. Beide beschermingen houden onder meer in dat het gebouw niet zomaar mag worden afgebroken of gewijzigd zonder voorafgaande toestemming. Van buitenaf ziet het gebouw er vrij eclectisch uit met zijn kleurrijke gevel- en dakenpartijen. De hoektorentjes en het pseudovakwerk verlenen het geheel zelfs een speels uiterlijk.
Meer informatie
212 m
16
Boondijk
Vanop de Badenlaan kunnen we een dijk zien, die evenwijdig loopt met de huidige Duinenlaan. De naam van de dijk, Boondijk, is een verbastering van de oorspronkelijke naam Bovendijk. De dijk werd namelijk 'boven' d.w.z. 'ten noorden van' de bewoning aangelegd, meer bepaald ter bescherming tegen duinverstuivingen. Deze dijk is ongeveer 800 m lang en 25 m breed. Verstuivend duinzand was langs de volledige kustlijn een ernstig probleem. Hier in Westende was men echter tijdig met de bouw van deze Boondijk, zodat de schade beperkt bleef. Meer naar het oosten toe, in Walraversijde, werden de duinen pas verstevigd na de dramatische duinverstuiving in 1394 die het volledige dorp onder het zand deed verdwijnen. Het was toen Filips de Stoute die rond 1395 maatregelen ter bescherming van de duinen nam : hij liet de konijnenplaag aanpakken (konijnen ondergroeven de duinen volledig zodat ze hun stevigheid verloren) en vaardigde een verbod uit om de duinen nog te verpachten als landbouwgrond of als weiland. De Boondijk staat weergegeven op de kaart van het Brugse Vrije door Pourbus en zou vóór 1459 aangelegd zijn. Deze dijk is nog grotendeels bewaard gebleven, maar is als landschapselement niét beschermd waardoor een deel al in 2001 verdween onder een verkavelingswijk.
Meer informatie
576 m
17
Lac aux Dames
Deze blok bevat 30 appartementen en is genoemd naar het openluchtzwembad (zie foto uit de oude doos) dat zich hier tot 1986 achter bevond, de zogenaamde 'Lac Aux Dames'. In 1935 werd het zwembad met zeewater gebouwd, het eerste in zijn soort aan de kust, onder impuls van de toenmalige zwemkampioen Martial van Schelle. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd deze sport- en zakenman in het Fort van Breendonk geëxecuteerd. Het zwembad- en restaurantcomplex werd ernstig beschadigd tijdens deze oorlog en in 1986 besliste men het volledig te slopen. De appartementen met dezelfde naam bleven staan... Ze zijn een ontwerp van architect Maurice De Nève uit 1953.
Meer informatie
1.66 km
18
Sint-Laurentiuskerk
De oorspronkelijke kerk lag eigenlijk op het terreintje waar nu auto's parkeren, op het vroegere kerkhof werd de huidige kerk gebouwd in 1922, na de vernielingen van tijdens WO I. De kerk is neogotisch en werd ontworpen door het Oostendse architectenduo Pil en Carbon. Tegenover de oude kerk lag het hof van de heren van Westende (het domus Weinini). Vandaag staat er een nieuwbouw, van de oorspronkelijke walheuvel met opper- en neerhof is dus niks meer te bespeuren.
Meer informatie
3.78 km
19
Grote Bamburg
Deze hoeve gaat terug op een uithof van de Sint-Pietersabdij van Oudenburg uit de tweede helft van de 12de eeuw, de Oude Bamburg geheten. Het was Philips van den Elzas die deze gronden aan de abdij schonk in 1173 en hiermee destijds een burenruzie ontketende. Op het einde van de 12de eeuw verzette Johannes van Westende zich namelijk hardnekkig tegen de rechten die de Sint-Pietersabdij van Oudenburg in 1173 had gekregen op alle nieuwe alluviale gronden tussen de Ijzer en de duinen van Westende. Hij vocht de rechten van de Oudenburgse Sint-Pietersabdij aan vanuit de overtuiging dat hij oudere rechten op de alluviale gronden had dan de abdij. Zijn aanspraken waren gebaseerd op het oude recht dat stelt dat aanwassen van nieuwe gronden toekwamen aan de eigenaar van de oude gronden waarlangs de aanwassen zich bevonden. Uiteindelijk werd Johannes van Westende in 1187 financieel vergoed voor het opgeven van zijn aanspraken en in 1196 werd hij door graaf Boudewijn van Constantinopel verplicht "vrijwillig" afstand te doen van de rechten die hij opeiste op de gronden die aan de Sint-Pietersabdij waren toegewezen. Hij moest bovendien aan de Sint-Pietersabdij vrije doorgang door zijn landerijen garanderen. In 1243 brandde deze hoeve echter af en werd ze iets verderop in de Bamburgpolder opnieuw gebouwd onder de naam Grote Bamburg. Deze hoeve was niet louter boerderij, maar had ook typische kloostergebouwen, zoals een kapel en gastenverblijven. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd deze site helaas volledig vernield, wat men vandaag ziet, is dus een wederopbouwhoeve. Wel zijn er nog sporen van de oude omwallingen in het landschap bewaard gebleven.
Langs de Schuddebeurzeweg is nog de Gisteldijk bewaard gebleven, de dijk die de grens markeerde tussen het land van Johannes van Westende en de Bamburgpolder.
Meer informatie
4.22 km
20
Schuddebeurze
Dit natuurgebied van 25 ha wordt door Natuurpunt onderhouden. Zij organiseren regelmatig wandelingen, maar daarnaast is op bepaalde paden het gebied ook vrij toegankelijk. De duinen in de Schuddebeurze zijn zo oud dat de kalk die er ooit aanwezig was, volledig is uitgeloogd. Daardoor is een eerder zuur milieu ontstaan, met een bijzondere en unieke soortensamenstelling als gevolg : heide met gaspeldoorn en onderaardse klaver als blikvangers. Delen van het gebied zijn dan ook terecht beschermd als landschap. In de duinen ontspringt een zoetwaterbeek, de Schuddebeurzebeek. Deze watert het gebied af. Bominslagen van voornamelijk WO I geven het gebied een microreliëf, waarin tevens een aantal bunkers, loopgrachten en munitiedepots werden aangelegd tijdens WO II. De Schuddebeurzeweg waarlangs dit natuurgebied zich situeert, is de oudst vermelde landweg uit het gebied (al in 1244), de Burgweg. Deze verbond Brugge onder meer met Leffinge en Westende.
Meer informatie
4.22 km
21
Schuddebeurze
Dit natuurgebied van 25 ha wordt door Natuurpunt onderhouden. Zij organiseren regelmatig wandelingen, maar daarnaast is op bepaalde paden het gebied ook vrij toegankelijk. De duinen in de Schuddebeurze zijn zo oud dat de kalk die er ooit aanwezig was, volledig is uitgeloogd. Daardoor is een eerder zuur milieu ontstaan, met een bijzondere en unieke soortensamenstelling als gevolg: heide met gaspeldoorn en onderaardse klaver als blikvangers. Delen van het gebied zijn dan ook terecht beschermd als landschap. In de duinen ontspringt een zoetwaterbeek, de Schuddebeurzebeek. Deze watert het gebied af. Bominslagen van voornamelijk WO I geven het gebied een microreliëf, waarin tevens een aantal bunkers, loopgrachten en munitiedepots werden aangelegd tijdens WO II. De Schuddebeurzeweg waarlangs dit natuurgebied zich situeert, is de oudst vermelde landweg uit het gebied (al in 1244), de Burgweg. Deze verbond Brugge onder meer met Leffinge en Westende.
Meer informatie
9.17 km
22
borstbeeld Freddy Maertens
Freddy Maertens werd geboren in Lombardsijde in 1952 en was in de jaren 70 en 80 van de twintigste eeuw een van de beste Belgische wielrenners. Zo won hij onder meer drie keer de groene trui in de Tour de France (1976, 1978 en 1981), werd hij eindwinnaar van de Vuelta (1977) en werd hij tweemaal wereldkampioen op de weg (1976 en 1981). In 1976 werd hij ook nog eens Belgisch kampioen. In 2004 werd de renner uitgeroepen tot ereburger van Middelkerke. Bij deze gelegenheid werd er ook een borstbeeld van hem onthuld, het werd ontworpen door de Oostendse kunstenares Josyane Vanhoutte. Een deel van het trainingsparcours dat de renner voorbereidde op zijn vele zeges, kunt u vandaag ook zelf fietsen, het is een route van 42 kilometer, de Freddy Maertensroute.
Meer informatie
9.6 km
23
O-L-V-Bezoeking
De muuropeningen van de kerk van Lombardsijde zijn alle rondbogig, het is dan ook een neoromaanse kerk. Ze werd ontworpen door het Oostendse architectenduo Pil en Carbon. Samen met de kerk ontwierpen ze in 1922 ook de ommegang die rond de kerk geplaatst is. Deze bestaat uit 14 bakstenen kapelletjes waarin geschilderde taferelen over Onze-Lieve-Vrouw der Zeven Weeën staan. Aan het begin van de Eerste Wereldoorlog werden het dorp en het neoclassicistische zaalkerkje, dat hier sinds de late 18de eeuw stond, compleet verwoest. De huidige kerk heeft een sober interieur, de binnenmuren zijn in naakte baksteen gelaten, de gewelven werden wit bepleisterd. Wel zorgen de kleurrijke glasramen uit 1966, naar ontwerp van de Oostendse kunstenaar Cor Westerduin, voor een bijzondere sfeer. De glasramen in het koor symboliseren de drie hoofddeugden : geloof, hoop & liefde en berouw. De mirakelen die Onze-Lieve-Vrouw van Lombardsijde bewerkstelligd zou hebben, zijn in de glasramen van de zijbeuken terug te vinden. In de kerk bevindt zich het genadebeeld "Onze-Lieve-Vrouw, Ster der Zee". Volksverhalen leren ons hoe dit beeld in 1596 door vissers op het strand gevonden werd. Het is niet onwaarschijnlijk dat het beeld van Maria met kind ten gevolge de godsdiensttroebelen van de tweede helft van de 16de eeuw in zee terechtgekomen was. Feit is dat de vissers van Lombardsijde het met grote verwondering en dankbaarheid in hun midden opnamen. Om het beeld een geschikte plaats te geven, werd er in de duinen een Mariakapel gebouwd, waar de vissers gingen bidden voor veilige zeereizen. Omdat het beeld zeer veel volk lokte, werd beslist het in de parochiekerk onder te brengen. Het beeld is uit gepolychromeerd hout gemaakt, waarschijnlijk door een 16de-eeuws Brugs kunstenaar. Naast het beeld hangen replica's van vissersboten en andere ex-voto's, teruggaand tot de 16de en 17de eeuw. Ze werden door vissers aan Maria geschonken uit dankbaarheid voor verkregen gunsten zoals behouden thuiskomst, genezing... De bevolking van Lombardsijde heeft altijd tot de arbeidersklasse behoord, de inwoners waren vooral boeren en vissers. Tijdens het halfvastenfeest (carnaval) herdenken de Lombardsijdenaars nog jaarlijks hun afkomst. De carnavalsstoet heet hier namelijk de Ezelcavalcade. Daarbij wordt er met ezels uitgebeeld hoe de vroegere bevolking de groentenopbrengst naar de naburige markten vervoerde met de ezel. Documenten uit 1866 leren ons onder meer dat er toen in Lombardsijde 50 ezelboeren en slechts 2 paardenboeren waren.
Meer informatie
10.5 km
24
Yseland
In deze woning woonde de laatste Westendse Ijslandvaarder, Pol Corteel (1879-1968). Het is een typische kleine visserswoning, die onlangs volledig gerestaureerd werd. Het huis werd in 1905 gebouwd en is een van de weinige getuigen in de streek van de ooit levensnoodzakelijke Ijslandvaart in deze streek.
Meer informatie
12.2 km
25
Villa Les Zéphyrs
Deze villa werd in 1972 aangekocht door de gemeente Middelkerke, die hem intussen restaureerde en heringericht heeft om zo goed mogeljk de situatie van de jaren 30 terug op te roepen. Architect Oscar Van de Voorde tekende het ontwerp in 1910 voor de wereldtentoonstelling in Brussel, in 1922 startte men de bouw in opdracht van de Gentse dokter Henri Muyshondt, die hier zijn vakantiewoning van maakte. De lambrisering en schouwmantel van de villa zijn van de hand van Henry van de Velde, onder meer bekend om zijn ontwerp van de zgn. Boekentoren in Gent. Ondanks het feit dat de lambrisering in de bedrijfscatalogus van Van de Velde staat, is er tot op heden nog maar één exemplaar teruggevonden. Dit maakt dat Westende er dus een uniek exemplaar van Art Nouveau-interieur op nahoudt. Villa 'Les Zéphyrs' is te bezoeken, je kan er zien hoe rijkere toeristen uit het begin van de twintigste eeuw hun vakantie aan zee doorbrachten.
Meer informatie